Hoe wordt beleid succesvol voor vluchtelingen? | Column Roswitha Weiler

Column, 7 oktober 2021
Leestijd, 4 min.
Roswitha Weiler is senior beleidsadviseur bij VluchtelingenWerk. Op de bijeenkomst 'Hoe maken we beleid voor statushouders tot een succes?' – georganiseerd door het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) – sprak ze deze column uit waarin ze een voorzet doet voor een andere aanpak van het vluchtelingenbeleid.
placeholder

Een slechte start

'Als je doet wat je deed, krijg je wat je kreeg.' Deze Cruyffiaans aandoende uitspraak is van Albert Einstein: wetenschapper en misschien wel de meest bekende vluchteling van de wereld. Degenen die, net als ik, al een tijdje werken binnen het vluchtelingenbeleid, zien een aantal constanten in het onderzoek naar vluchtelingen. Ten eerste blijken vluchtelingen heel gemotiveerd om een nieuw leven op te bouwen in Nederland. Maar helaas maken ze een slechte start omdat ze lang in de opvang moeten verblijven. Dit heeft een ongunstig effect op hun gezondheid, Nederlandse taalbeheersing en toekomstig werk: er is weinig sprake van een duurzame arbeidsdeelname. 

Veel tijd verloren

In 2015 riep de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid op tot een andere aanpak. Een eerdere start moest de integratie bevorderen van vluchtelingen die zich in die periode vestigden. Zes jaar later maakt het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) de balans op: kort door de bocht is de conclusie dat van die oproep weinig terecht is gekomen. Dit ligt grotendeels aan de weerbarstigheid in de uitvoering van asielverlening, opvang, huisvesting en het lange wetstraject rond inburgering. En helaas blijkt dat het beleid vaak eerder belemmerend werkt dan dat het integratie bevordert. Er is dus veel tijd verloren.

Haperende uitvoering

Nu, najaar 2021, overheerst het beeld dat de overheid onvoldoende in staat is om de opdrachten rond asiel en integratie goed uit voeren. Lange wachttijden voor de asielprocedure, een uitzichtloos lang verblijf in asielzoekerscentra, een groot tekort aan zelfstandige woonruimte, een failliet inburgeringsbeleid en lage arbeidsparticipatie. Extra schrijnend is dat er weer wordt uitgeweken naar grootschalige noodopvang.

Integratie centraal al in de opvang

Hoog tijd dus om de urgentie terug te brengen, het over een andere boeg te gooien en, de uitspraak van Einstein indachtig, te voorkomen dat we vol goede intenties blijven voortmodderen. Het nieuwe rapport van het SCP geeft twee aanknopingspunten die aanhaken bij de veerkracht en motivatie van vluchtelingen. Allereerst de conclusie dat opvangbeleid tegelijk integratiebeleid is. Dit inzicht zet niet toelating maar integratie centraal en geeft openingen. Graag doe ik een concrete voorzet:

  • Benader iedere vluchteling die binnenkomt als een toekomstige nieuwe inwoner, je mogelijke buurman of buurvrouw
  • Geef de overheid een half jaar de tijd om te beslissen of iemand mag blijven en zorg dat asielzoekers in deze wachtperiode actief participeren
  • Kan de overheid na zes maanden nog geen uitsluitsel geven, dan komt behoud van talent en veerkracht nog meer centraal te staan
  • De asielzoeker krijgt volledige toegang tot de arbeidsmarkt, onderwijs en opleidingen, terwijl de procedure voortduurt
  • Zorg dat er in elke regio een azc is, gekoppeld aan een regionale taakstelling van opvangplaatsen. Zo komt opvang in een rustiger vaarwater en voorkomen we dat centra telkens weer moeten openen en sluiten
  • Laat dit dan vooral kleine locaties zijn waar bewoners zelf deelnemen aan het reilen en zeilen van het centrum en gewoon meedoen met voorzieningen en activiteiten in de wijk

Tweerichtingsverkeer 

Ten tweede wijst het SCP er terecht op dat het beleid vooral eenzijdig gericht is op het toerusten van vluchtelingen. Maar integratie is een tweezijdig proces. Het gevoel erbij te horen is belangrijk voor integratie, mentale gezondheid en institutioneel vertrouwen. Onderbelicht blijven de uitsluitingsprocessen. Deze moeten geanalyseerd worden en doorbroken. Heel concreet: momenteel zijn 90.000 vluchtelingen op zoek naar werk en tegelijkertijd zijn er veel onvervulde vacatures. Het is aan werkgevers om die extra stap te zetten en de match te maken zodat vluchtelingen hun talenten kunnen inzetten.

Veelbelovende initiatieven

In 2015 leek bijna iedereen in Nederland wel bezig met vluchtelingen. Er was een gezamenlijk gevoel van urgentie. Dat ontstaat nu weer met de beelden van de evacuaties uit Afghanistan op het netvlies. Het is dan ook belangrijk dat het draagvlak voor vluchtelingen groot blijft. Daarnaast is er het veelbelovende initiatief van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en Rijk tot uitdrukkelijke samenwerking in opvang, huisvesting, inburgering en verdere integratie. Deze integrale aanpak biedt houvast voor de lange termijn. Ook mooi is het dat ervaringsdeskundige vluchtelingen relevante inzichten delen met beleidsmakers. Allemaal hoopvolle tekenen dat er momentum is voor een andere koers. 

Maak contact

Deze koers is wezenlijk voor het beleid van het nieuwe kabinet. Maar deze geldt net zo goed voor ieders dagelijkse leven. Het is aan ons allemaal om actief toenadering te zoeken. Dus, nu het weer kan: maak contact met vluchtelingen. Doorbreek de afstand die corona ons oplegde en bouw mee aan een samenleving waar iedereen zich thuis kan voelen. Zo, met de uitspraak van Einstein voor ogen houdend, doen we niet langer wat we deden en zijn we nieuwsgierig naar wat in het verschiet ligt.