Gemeenten & Professionals, 30 juli 2020

‘Dit land gaf me vrijheid en veiligheid'

VluchtelingenWerk in Waddinxveen is gevestigd in een onopvallend gebouw in een onopvallende straat. Maar daar achter de voordeur is een bevlogen groep mensen opvallend goed bezig. Twee vrijwilligers en een cliënt vertellen over het werk.
placeholder

Anneke Compagne, voormalig verpleegkundige is sinds 2016 actief als maatschappelijk begeleider van VluchtelingenWerk. Zij doet dit werk op een vaste dag in de week. Ze geniet ervan, alhoewel het soms ook zwaar is. Iedere vluchteling heeft zelf een verschrikkelijk verhaal. En als een cliënt aan je bureau heeft zitten huilen omdat er pas weer gezinsleden zijn omgekomen in het geboorteland, dan kan ze daar wel eens van wakker liggen.
De laatste maanden werkte ze vanwege corona vanuit huis, maar dat is toch behelpen. Ze is dan ook blij dat het kantoor – met inachtneming van de RIVM-voorschriften -  sinds een paar weken weer open is.  Ze vertelt dat de gemeente Waddinxveen ieder jaar enkele tientallen statushouders krijgt toegewezen. Dit betreft mensen die een verblijfsstatus hebben ontvangen. Op dit moment begeleidt ze drie cliënten. In principe krijgt ze een jaar lang de tijd om nieuwkomers op weg te helpen in onze samenleving.

Papiermolen

Er moet in die tijd veel geregeld worden. Huisvesting, uitkering, scholing, taalstudie. En dan is er de papiermolen die zelfs voor geboren Nederlanders soms een bezoeking is, laat staan voor deze mensen.  Een statushouder verwonderde zich over de alle brieven die hij kreeg van  instanties. Hij zei: als wij in Syrië een brief van de overheid krijgen, dan schrikken we, want dat betekent niet veel goeds…
Er is veel waar de nieuwkomers aan moeten wennen. Zo gebeurde het dat de fiets van een van de cliënten van Anneke was gestolen. Zij raadde hem aan om naar het politiebureau te gaan, om hiervan aangifte te doen. Hij schrok van haar voorstel. Naar een politiebureau? Maar politiebureaus, daar  kom je toch niet levend uit?

Tolk Delsoz

Het gebeurt maar zelden dat een nieuwkomer de Nederlandse taal binnen een jaar leert. Om die reden is men in Waddinxveen ook erg blij met Delsoz. Zij is van oorsprong Koerdisch Irakees. Toen zij tweeëntwintig jaar geleden als vluchteling in Nederland kwam moest ze zichzelf maar zien te redden met de taal. Dat was moeilijk maar het is haar uiteindelijk gelukt. Ze had lange tijd zelfs een eigen bedrijf, een krantendistributiepunt.
Ze is heel blij met Nederland en noemt het: haar eigen land. Zo zal ze haar geboorteland niet noemen, want dat bood haar geen vrijheid en geen veiligheid. Deze dingen vond ze hier. Ze geeft aan dat ze daar diep dankbaar voor is, alhoewel het aarden niet altijd makkelijk was. De cultuur is zo anders. Als voorbeeld vertelt ze dat het in haar cultuur normaal was dat je je buren soms op een bord iets lekkers brengt. En dan is het een uiting van beleefdheid wanneer de buren ook iets op dat bord leggen, als ze het terugbrengen. Terwijl ze hier in Nederland alleen maar schoongewassen, lege borden terug kreeg. Hoe kon dat nu? Werden haar goede bedoelingen niet gewaardeerd? 
Toen ze vanwege een beperking in haar arm met haar bedrijf moest stoppen, besloot ze zich als tolk aan te melden bij VluchtelingenWerk, waar ze met open armen ontvangen werd. Broodnodig heeft men mensen zoals zij. In rap Arabisch vertaalt ze mijn vragen voor de Syrische Maryam. 

Cliënte Maryam

Maryam komt uit Aleppo en is momenteel cliënte bij VluchtelingenWerk Waddinxveen. Ze heeft drie opgroeiende kinderen. Ze was juist aangemeld bij een taalschool toen deze moest sluiten vanwege Corona. Maar binnenkort mag ze beginnen. Ook nu al probeert ze dapper Nederlands te spreken. In haar thuisland is het een schande voor een man als zijn vrouw werkt. Maar hier wil ze dolgraag aan de slag want: ‘Wat moet ik de hele dag thuis doen?’ Tegen de taalstudie ziet ze niet op. Ze heeft voor hetere vuren gestaan.

Ontmoetingsplek

Waddinxveen blijkt een plaats met een ruimhartig karakter. Het plan om vijfhonderd ouderloze kinderen uit Griekse kampen naar hier te halen is goed ontvangen. Deze gemeente heeft zich bereid verklaard een aantal van hen op te vangen. Maar er is meer:
Probleem bij de taalontwikkeling van nieuwkomers is, dat zij moeilijk contact krijgen met Nederlanders en daarom de taal niet kunnen oefenen. Om hier hulp te bieden, hebben de diaconieën van tien kerken de handen ineen geslagen en is men begonnen met een inloophuis. De Kruiskerk bij het station stelt iedere woensdagmiddag gratis ruimte beschikbaar.
Er is veel inzet van vrijwilligers. De doelstelling is om een ontmoetingsplek te zijn voor Nederlandse vrijwilligers en statushouders. Er is aandacht voor elkaar, er wordt Nederlands gesproken. Men kan een spelletje doen, tafeltennissen, tafelvoetbal. Er is speelgoed voor de kinderen en er wordt hulp geboden bij het maken van huiswerk of gezamenlijk gegeten. Zo kunnen vriendschappen ontstaan. Het concept was overigens niet voor iedereen direct duidelijk. Toen Anneke  een nieuwe statushouder uitnodigde om een keer naar het inloophuis te komen, reageerde  hij aarzelend. ‘Een inloophuis…?  Moet ik daar dan veel lopen?’

Geslaagd!

Na afloop van ons gesprek besluiten we om buiten nog even een foto te maken. En voordat we vertrekken stopt Maryam een kleine, in cellofaan verpakte noten-bonbon in mijn hand. Zij trakteert want haar dochter is net geslaagd voor haar examen van MBO-4. Moeder is trots. Kortom: VluchtelingenWerk Waddinxveen is een springlevende organisatie. Maar extra handjes blijven altijd welkom. Meld je aan als je hier iets wil betekenen: Waddinxveen@vluchtelingenwerk.nl