Integratie Sprang-Capelle - Meet & greet tussen statushouders en een wandelgroepje
Als iemand weet wat het is om nazaat van vluchtelingen in Nederland te zijn dan is het Frishta Eshaqzai wel. ,,Mijn ouders zijn 24 jaar geleden vanuit Afghanistan naar hier gekomen.” En het is goedgekomen met haar, want ze is nu teamleider bij VluchtelingenWerk in Waalwijk en Oisterwijk.
,,Het is nog steeds heel belangrijk dat statushouders zo veel mogelijk integreren. Op 20 juni is het Wereldvluchtelingendag, maar wij willen nu al iets doen, want we kunnen die dag toch niet met veel mensen bij elkaar komen.”
Kort door de bocht staken welzijnsinstelling Contour de Twern en Vluchtelingenwerk Waalwijk de koppen bij elkaar en bedachten een ontmoeting van deelnemers aan een wandel- en koffiedrinkgroep vanuit Zidewinde met statushouders die in Sprang-Capelle wonen.
Al gauw rijst de vraag wie er nou vooral moet integreren. ,,Onze deelnemers zijn chronisch eenzamen”, meldt de begeleidster van Contour De Twern. ,,Of mensen die hun weg in de maatschappij niet zo goed weten te vinden.”,,Jou ken ik”, zegt een vrouw tegen de Georgische Khatuna Akhmedov. Die woont sinds 2016 in Sprang-Capelle, maar zat daarvoor zes jaar in azc's. Hiermee hebben ze allebei in ieder geval weer één nieuwe kennis opgedaan. ,,Of ik al veel mensen ken? Ik dacht het wél”, zegt Khatuna in uitstekend Nederlands. ,,We zijn ook heel actief bij de Protestantse Gemeente.”
Op de achtergrond arriveert ook de Waalwijkse wethouder Dilek Odabasi (GroenLinksaf). ,,Hoi”, zegt Khatuna. De wethouder kent ze ook al, van toen er actie werd gevoerd om haar gezin middels het Kinderpardon de verblijfsstatus te laten krijgen. ,,Hoe is het met je man, hij had toch zijn arm gebroken?”, vraagt de wethouder. Met hem is alles goed, hij heeft werk, zijn contract bij Ingram Micro is verlengd. De kinderen zijn ook OK, maar die zitten op school.
De andere statushoudster is Maha Mohamed Alhasan. Uit Aleppo, Syrië, geen goeie plek om vandaan te komen. Haar man was in dienst bij de overheid. Drie jaar in Nederland is ze, statushoudster vanwege gezinshereniging. Haar Nederlands is niet zo best, maar de wil is er. Zes kinderen, van wie zes in Nederland. Haar twee oudste meiden studeren hbo en uni in Tilburg, de drie jongsten, allemaal zonen zitten op de havo. Ze wordt in ieder geval nadrukkelijk opgeroepen om mee te gaan wandelen, maar alleen koffiedrinken mag ook. Ze hoeft zich niet gedwongen te voelen. ,,Niks moet hoor, alles mag.”
,,Jullie namen zijn altijd zo moeilijk, ik hou het wel op bijnamen”, zegt een vrouw van de wandelclub. Hier moet Dilek Odabasi even ingrijpen. ,,Dat valt nogal mee. Hoe heet jij?", vraagt ze aan Maha.” Die antwoordt met haar naam. ,,Maha!”, vervolgt Odabasi. ,,Is dat nou zo moeilijk? Ik ben Dilek, trouwens.” Daarmee verstomt het gesprek over bijnamen.
De wethouder kan ook zelf baklava maken
De wethouder heeft ook gebak meegenomen. Baklava, van de Turkse bakker. ,,Ik kan het ook zelf maken, hoor”, zegt ze haast verontschuldigend tegen Maha, maar die begrijpt het wel. Druk op het gemeentehuis. Odabasi knoopt een gesprek met Maha aan; de belangstelling is honderd procent oprecht. ,,Jij komt uit Syrië? Ik kom uit Turkije.”
Het schoorvoetende en soms onhandige contact tussen het wandel/koffie-cluppie en de twee statushoudsters ... Frishta Eshaqzai van VluchtelingenWerk kijkt het aan met een warme glimlach. ,,Ik zie hier twee verschillende fasen. Bij Maha zie ik nog duidelijk het ontheemd zijn. De eerste generatie heeft het vaak moeilijk, met de tweede generatie komt het wel goed. Van Khatuna hoor ik al bijna niks meer.”
Khatuna spitst haar oren. ,,Mag ik dan nog steeds iets vragen?” Natuurlijk mag dat. ,,Ik zou eigenlijk graag ook willen werken. Maar kan dat van negen tot drie? Ik wil er graag zijn voor de kinderen.”
Op 20 juni is het Wereldvluchtelingendag, maar in Waalwijk zijn ze gewoon wat vroeger begonnen. En hadden ze al gezegd dat iedereen welkom is voor de wandel- en koffiedrinkgroep?
Lees het hele artikel: Brabants Dagblad Gert-Jan Buijs 10-06-21