'VluchtelingenWerk hielp bij de evacuatie van mijn moeder'

Verhaal, 31 augustus 2021
Leestijd, 4 min.
Sinds de machtsovername van de Taliban, probeert Najib wanhopig zijn familie uit Afghanistan te halen. Door de hulp van VluchtelingenWerk kon zijn moeder net op tijd worden geëvacueerd, maar Najibs zus, broer en oma blijven achter. In dit interview vertelt Najib zijn verhaal. 'Drie dagen lang was het stil. Was het mijn moeder gelukt het vliegtuig te bereiken? Of was ze er toch uitgevist door de Taliban? Niemand wist of mijn moeder Afghanistan had verlaten. Ik was verlamd door angst.'
placeholder

Gevlucht voor de Taliban

'Mijn vader is een politiek activist en een direct doelwit van de Taliban. Toen ik zes jaar was vluchtte ik daarom samen met mijn ouders uit Afghanistan. Ik groeide op in Pakistan maar rondde mijn master af in Nederland, waar ik nu werk als analist.'

Groeiend gevaar

Jaren geleden, tijdens de relatieve rust, keerde mijn familie terug naar Afghanistan. Mijn vader ging door met zijn verzet: hij schreef boeken over de Taliban en de extremistische Islam. Maar de afgelopen jaren groeide het gevaar en daarmee de dreigementen aan zijn adres. Twee jaar geleden vluchtte hij naar Nederland en vroeg daarna gezinshereniging aan.'

Bliksemsnelle opmars Taliban

'De IND stemde in met de hereniging van mijn moeder, maar niet voor de hereniging met mijn zusje, broer en oma. Omdat zij al meerderjarig zijn, moet mijn vader bewijzen dat zij afhankelijk van hem zijn. We zaten nog middenin deze papieren impasse, toen de Taliban Kabul in een oogwenk veroverde en de macht in het land teruggreep. Sinds die dag belden we onophoudelijk naar onze advocaat, de IND en Buitenlandse Zaken (BuZa) om onze familie zo snel mogelijk naar Nederland te kunnen halen. Maar iedere keer kreeg ik hetzelfde antwoord: "We leven met u mee, maar kunnen niets voor u doen."' 

Hulp van VluchtelingenWerk

In Kabul struinen de Taliban al door de straten, op zoek naar vijanden. Omdat mijn familie niet langer veilig was, regelde ik vanuit Nederland een onderduikadres en besloten mijn vader en ik om in ieder geval mijn moeder te evacueren. Maar weer kreeg ik overal nul op het rekest. De tip om VluchtelingenWerk in te schakelen bleek een gouden zet. Zij hoorden mijn zorgen en verzekerden me dat ze er alles aan zouden doen om mijn moeder op de evacuatielijst te krijgen. Zij bleven met mij in contact, soms kreeg ik zelfs 's nachts nog antwoord op mijn appjes. En toen kwam de dag dat VluchtelingenWerk belde: "Je moeder staat op de evacuatielijst".'

Een lege ambassade

Helaas was daarmee het gevaar nog niet geweken. Nu was het zaak dat mijn moeder zo snel mogelijk op de Nederlandse ambassade kwam, maar de Taliban staat niet toe dat je als vrouw alleen over straat gaat. Ik vroeg een oud studiegenoot haar te begeleiden. Met alle checkpoints van de Taliban werd het een levensgevaarlijke onderneming, die uiteindelijk voor niets bleek: toen mijn moeder aankwam, was de ambassade verlaten en bleek die ochtend het ambassadepersoneel vertrokken.'

Evacuatievlucht gemist

'Het was VluchtelingenWerk die toen in allerijl een nieuw onderduikadres vond voor mijn moeder: ze vond onderdak bij een Afghaanse familie die ook op de evacuatielijst stond. Na een paar dagen belde VluchtelingenWerk dat mijn moeder naar het vliegveld mocht komen. Weer regelde ik begeleiding, maar bij aankomst op het vliegveld was de chaos ongekend. Urenlang probeerde mijn moeder door het gedrang van duizenden mensen heen te wurmen, maar dat bleek tevergeefs: die dag vertrok het vliegtuig zonder mijn moeder aan boord.' 

Geen communicatie meer 

'De dag erna had ze meer succes. Na uren geduw en getrek wist ze een muur te bereiken waar ze met hulp van andere mensen overheen klom. Wadend door het drek bereikte ze het vliegveld. Maar daarna werd het stil. Drie dagen lang kreeg ik geen contact meer met haar. Was het haar gelukt het evacuatievliegtuig te bereiken? Was ze er op het laatste moment toch uitgevist? Had ze opnieuw een herseninfarct gekregen, net als een paar jaar geleden? Niemand wist waar ze was, geen mens kon bevestigen of mijn moeder Afghanistan had verlaten of niet.'

Verlamd van angst

'Die dagen was ik als verlamd. Ik sliep niet meer, was niet in staat te werken. Ik vertrok naar Schiphol, stond vergeefs bij de gates. Twee dagen later kreeg ik een telefoontje van een Afghaanse kennis, een tolk voor het Nederlandse leger. Hij vertelde dat zijn gezin die dag aankwam, misschien zat mijn moeder ook op die vlucht? Met mijn vader vertrok ik naar Schiphol, maar geen Afghaan wist bij welke gate de evacuees aankwamen. We besloten ons op te splitsen en struinden in groepjes met elkaar het vliegveld af. Ik vond de evacuees het eerste en toen ik mijn moeder in hun midden zag staan, voelde ik me als een kind op de ochtend van Kerstmis. Die dag was ik onbeschrijfelijk gelukkig.'

Nog geen rust

'Het gaat goed met mijn moeder, maar we zijn nog altijd enorm gestrest over het lot van onze achtergebleven gezinsleden. Wat gaat er nu met hen gebeuren? De IND adviseert over zes tot twaalf maanden opnieuw gezinshereniging aan te vragen, maar die tijd is er niet: ieder moment kan de Taliban hen vinden. Op sommige dagen krijgen we slecht contact, de elektriciteit hapert en het internet in Kabul is traag. Dat zijn ongelooflijk zware uren. Iedere seconde van de dag zijn ze in mijn gedachten. Ik rust niet voordat mijn hele familie veilig is.'