Strategisch Procederen: strijdend tot de hoogste rechters

Het asielbeleid is streng. Maar wat als streng niet langer rechtvaardig is? Dan legt VluchtelingenWerk, samen met asieladvocaten en wetenschappers, zowel nationale als internationale zaken voor aan de hoogste rechterlijke instanties. Lees alles over de Commissie Strategisch Procederen van VluchtelingenWerk.
placeholder

Bindende gevolgen na uitspraak

De regelgeving rond asiel wordt in Brussel bepaald, maar steeds vaker worden diezelfde regels door de Nederlandse overheid en andere Europese lidstaten te streng uitgelegd. Wanneer streng niet langer rechtvaardig is, is een gang naar de hoogste nationale of Europese rechtelijke instantie de enige manier om daar wat aan te veranderen. Daarom richtte VluchtelingenWerk de Commissie Strategisch Procederen op.

In deze Commissie bracht VluchtelingenWerk zowel asieladvocaten als wetenschappers samen. Samen leggen zij belangrijke, principiële zaken voor aan de rechterlijke macht; zaken die het belang dienen van een hele groep vluchtelingen. 

LHBTI-zaken voor het Europese Hof

Sadhia Rafi, initiator en voorzitter van de Commissie Strategisch Procederen, vertelt: 'Het begon allemaal in 2013, toen de EU met regels kwam die vluchtelingen meer rechten konden geven dan Nederland hun gaf. Samen met andere organisaties ondersteunde VluchtelingenWerk toen een zaak van een aantal lhbti-asielzoekers. Nederland vond dat je lhbti’ers mocht terugsturen als ze in eigen land problemen konden vermijden door hun seksuele gerichtheid te verbergen. Het Europese Hof van Justitie zette daar toen een streep door.'

Door de uitspraak van het Hof verbeterde in heel Europa de rechtspositie van lhbti-asielzoekers. Dergelijke uitspraken hebben dus veel gezag en bindende gevolgen voor de bescherming van vluchtelingen. Zo ontdekte VluchtelingenWerk hoe sterk een zaak kon worden als je de krachten, zowel nationaal als internationaal, bundelt.

Wat hebben we nog meer bereikt

Sinds de start van het programma Strategisch Procederen in 2013 zijn er 26 zaken ondersteund. Daarnaast hebben we 16 juridische rapportages opgesteld: analyses waarin we het Nederlands recht toetsen aan het Europees recht. We boekten onder meer successen voor verwesterde vrouwen en homoseksuele vluchtelingen.

We lichten hier 3 successen uit

In 2023 heeft het Hof van Justitie geoordeeld dat Nederland al jaren een te hoge eis stelt bij de beoordeling van asielaanvragen van politieke vluchtelingen. In Nederland wordt geëist dat de politieke overtuiging fundamenteel is voor de identiteit van een vluchteling. Dit leidde er in de praktijk toe dat politieke vluchtelingen die vanwege hun overtuiging in hun land gevaar liepen om te worden vervolgd, geen asiel in Nederland kregen. De IND vond namelijk dat hun overtuiging niet belangrijk genoeg voor ze was, waardoor ze gewoon konden terugkeren en – om problemen te voorkomen – hun overtuiging moesten verbergen. De IND mag asielaanvragen sinds dit arrest van het Hof in Luxemburg niet meer om deze reden afwijzen. De Commissie Strategisch Procederen van VluchtelingenWerk Nederland heeft deze zaak samen met de advocaat van de asielzoeker gevoerd, en heeft er daarmee voor gezorgd dat politieke vluchtelingen daadwerkelijk de bescherming kunnen krijgen waarop zij op grond van het Vluchtelingenverdrag recht hebben. De rechtspositie van politieke vluchtelingen is dan ook aanzienlijk verbeterd.

De zaak die wij tot aan het Hof in Luxemburg hebben ondersteund ging om een vrouw uit Soedan. In Nederland heeft zij politieke activiteiten verricht voor meerdere partijen en verenigingen, waaronder een politieke partij die medeverantwoordelijk was voor het coördineren van de Soedanese revolutie in 2019. Daarnaast heeft zij vaak deelgenomen aan demonstraties tegen de Soedanese regering, en heeft zij andere vrouwen aangespoord om aan deze demonstraties deel te nemen. Ook heeft zij zich kritisch uitgelaten over de Soedanese regering op sociale media. De IND geloofde dit allemaal, maar wees de asielaanvraag toch af omdat de politieke overtuiging niet duidelijk genoeg was, maar bovenal omdat de overtuiging volgens de IND niet fundamenteel genoeg voor haar was.