Oekraïense psycholoog helpt vluchteling controle terug te krijgen
Om ervoor te zorgen dat meer Oekraïners in Nederland met een psycholoog uit eigen land kunnen praten, is er het Empatia-programma van stichting Opora. De organisatie zet zich in voor Oekraïners met een psychische hulpvraag en koppelt Oekraïense psychologen aan Nederlandse instellingen zodat ze hier aan het werk kunnen. Zo kon Kravchenko aan de slag als psycholoog bij de interculturele zorgverlener Recare in Heerenveen.
Maryna Kravchenko en haar Nederlandse begeleider Lisette Venema vertellen hoe dat in praktijk werkt.
Hoe komen Oekraïense cliënten bij jullie terecht?
Maryna: ‘De eerste mensen werden via Empatia aan mij gekoppeld. Ze komen niet per se uit Friesland. Ik heb vooral veel online cliënten. Sommige van hen waren eerst al bij een Nederlandse psycholoog, maar dat werkte niet altijd. Ze vertellen: ik weet dat ze me begrijpen, maar ze voelen het niet. Je kan dat niet voelen. Daardoor ervaren Oekraïners soms ook niet het vertrouwen om alles te vertellen wat hen dwarszit.
Oekraïne is een groot land en er zijn veel verschillen tussen mensen uit de verschillende regio's. Ze hoeven bij mij minder uit te leggen en er is sneller een vertrouwensband met mij dan met een Nederlandse psycholoog.
Een Oekraïner heeft tijd nodig om zich te openen. Het duurt langer voordat een trauma kan worden besproken. Dat komt er echt nog niet uit bij een intakegesprek. Bijvoorbeeld, als je bij een intake vraagt of iemand veel alcohol gebruikt. Dan zegt iemand nee, nee, ik drink niet. En dan blijkt later in het traject soms dat iemand toch dagelijks drinkt en wil minderen. Of ze zien niet in dat 2 drankjes per dag telt als alcoholgebruik. Terwijl het wel invloed op je kan hebben.’
Andere cultuur
Lisette heeft ervaring met andere vluchtelingen. Zijn Oekraïners anders in praten over hun gevoel?
Lisette: ‘Ik denk dat het kenmerkend is voor vluchtelingen dat ze meer tijd nodig hebben om vertrouwen te voelen. Er is veel geduld nodig als therapeut om een goede relatie op te bouwen. Wat me opvalt aan de Oekraïners is dat het enorm hardwerkende mensen zijn, die gewend zijn om constant door te gaan. Ze zijn heel erg gericht op overleven en geld verdienen en therapie heeft dan niet altijd de prioriteit, terwijl mensen wel een hulpvraag hebben.’
Maryna: ‘Onze cultuur zit ook zo in elkaar dat mensen heel kritisch op elkaar zijn. Ouders, school, buren, iedereen verwacht dingen van je die je zou moeten bereiken. Ik heb het idee dat de Nederlandse cultuur meer ruimte biedt om rustiger je eigen weg te kiezen.’
Wat voor hulpvraag zien jullie vaak?
Maryna: ‘Het verschilt natuurlijk per patiënt, maar veel mensen zijn onzeker. Ze steken bijvoorbeeld tijd en energie in het leren van de taal, maar weten ondertussen niet of ze in Nederland mogen blijven en of ze ooit geschikt werk gaan vinden. Tegelijkertijd merk ik dat bij mensen ook vaak problemen van vroeger nu de kop opsteken. Bijvoorbeeld jeugdtrauma's, seksueel misbruik, huiselijk geweld. De oorlog is dan de laatste druppel waardoor alles naar boven komt. In vergelijking met Nederlandse patiënten maakt dat de zorgvraag dus ook complexer, omdat er zoveel verschillende dingen tegelijk spelen.’
Hoe pak je het aan als er zoveel speelt in iemands leven?
Maryna: ‘Je begint eigenlijk met sorteren. Wat speelt er allemaal, waar heeft iemand nu het meeste last van. En dan gaan we dat in kleine stapjes aanpakken. Ik begin vaak met beweging, met het echt fysiek activeren van iemand. Met kleine tips, zoals manieren om beter te slapen, minder nieuws kijken, iets leren of een baan zoeken. De oorlog is buiten jouw controle, dus het is belangrijk om te zoeken naar dingen die je wel onder controle kunt krijgen.’
Merken jullie dat de aanpak werkt?
Maryna: ‘Ik heb in het afgelopen jaar mensen echt kunnen helpen. Er ontstaat een vertrouwensband en mensen voelen dat ze echt open kunnen zijn over hun problemen. Tegelijkertijd blijft het voor sommigen lastig. De oorlog duurt voort, er zijn mensen die iemand verloren hebben. Maar ook dat proberen we een plek te geven. Want rouw mag er ook zijn, je hoeft niet alles weg te stoppen.’
Meer weten over het werk van Empatia?
Empatia is er voor alle Oekraïense vluchtelingen in Nederland die psychologische hulp nodig hebben en bemiddelde in ruim 2000 hulpvragen. Ook is er begeleiding voor Oekraïense psychologen bij het vinden van een geschikte werkplek. Op dit moment staan meer dan 200 psychologen geregistreerd en van hen zijn er 21 aan de slag bij een Nederlandse zorgpartner. Empatia wordt ondersteund door VluchtelingenWerk Nederland en is partner van adviescentrum LOOP.