Noor (22): 'In Moria werd ik gestript van mijn menselijkheid.'

Verhaal, 22 februari 2021
Leestijd, 4 min.
In Irak leefde Noor Alattar zijn grote droom, totdat hij alles zou verliezen. Gebroken vluchtte hij uit zijn land, en kwam in het Griekse vluchtelingenkamp Moria terecht. Daar verloor Noor zijn menselijkheid. 'Ik hoop dat mensen stemmen met de vluchtelingen in kamp Moria in hun gedachten. Mensen met eenzelfde hart. Mensen zoals ik.'
placeholder

Alles verloren

'In kamp Moria werd ik gestript van mijn menselijkheid. Al die brakke tentjes in de wind, overspoelde toiletten, de penetrante stank. De eerste dagen in het kamp sliep ik op de grond, omdat er nog geen tent vrij was. Het regende. "Zie me hier nou liggen", dacht ik. Ik had alles in Irak, maar nu ook alles verloren. In dit helse kamp was mijn leven minder waard dan dat van een beest. Was ik echt in Europa aangekomen?'

Droom bereikt

'Als kind wist ik al dat ik politiek verslaggever wilde worden. Met een kleine camera volgde ik mijn moeder en broers door het huis. In mijn slaapkamer oefende ik voor de spiegel mijn presentaties en als ik naar het journaal keek, zoog ik alles in me op. Dáár wilde ik zijn. Jaren later kreeg ik met mijn zelfgemaakte filmpjes en vlogs succes op social media en daarna rolde ik als vanzelf in het televisievak. Ik was 18 jaar toen ik als politiek verslaggever begon bij een grote, internationale zender. Door hard te werken had ik op jonge leeftijd al mijn droom bereikt. Maar door die droom, verloor ik ook bijna mijn leven.'

Dreigende wolken

'Op de televisie maakte ik items over gevoelige, maatschappelijke onderwerpen. Over de drugsproblemen in Bagdad, bomaanvallen en over activisten en journalisten die plotseling verdwenen. Mensen waarschuwden me, vertelden dat ik gevaarlijk bezig was. Natuurlijk wist ik dat, maar dit is wat ik met heel mijn hart wilde doen. Onafhankelijke journalisten zijn nodig om het echte verhaal te vertellen, daar sta ik nog altijd achter.'

Ondraaglijke pijn

'Op een avond liep ik over straat toen er een geblindeerde auto op me af kwam. Voordat ik goed en wel realiseerde wat er gebeurde, priemde er al een geweer in mijn rug. Mannen met bivakmutsen op bonden mijn handen vast en stopten mij in de auto. Een week lang zat ik opgesloten in een kleine, donkere kamer en werd het leven uit me geslagen. Terwijl ik met mijn voeten vastgebonden aan het plafond hing, sloeg de militie iedere dag op me in met stokken, kabels en glas. Ze dienden elektriciteitsschokken toe en braken mijn hand. De pijn was ondraaglijk en ik wist zeker dat ik zou sterven.'

Geen keuze meer

'Op de laatste dag van mijn gevangenschap verloor ik steeds mijn bewustzijn. Als in een waas herinner ik me dat ik in een auto lag. Later zouden mensen me vertellen dat ik naast een snelweg was gevonden, gewikkeld in doeken. Toen ik bijkwam in het ziekenhuis zaten mijn moeders en broers huilend naast mijn bed en wist ik dat ik Irak moest verlaten. Als ik zou blijven zou ik doodgaan, dan kun je niet spreken van een keuze. En dat is waarom ik mijn verhaal vertel, zodat mensen begrijpen wat het betekent om vluchteling te zijn.'

Weggegleden last

'Na een jaar kon ik Griekenland eindelijk achter me laten, maar daarna wachtte ik in Nederland nog eens twee jaar op de start van mijn asielprocedure: jaren vol angst en nervositeit. In het azc zag ik mensen die teruggestuurd werden, wat als ik straks terug moest naar Irak? Op een dag videobelde ik met mijn ouders, toen er een mail binnenkwam van mijn advocaat. Mijn hart bonsde terwijl ik de brief vertaalde in Google Translate. Daar stond het: ik kreeg bescherming en mocht in Nederland blijven. Ik gilde, sprong op en neer in mijn kamer. Op mijn scherm zag ik mijn ouders huilen van blijdschap. Mijn ontvoering, kamp Moria, het lange wachten: op dat moment viel alles van me af. Ik was vrij.'

Moria in het hart

En nu begin ik in Nederland opnieuw. Ik ben mijn familie kwijt, mijn vrienden, mijn baan en mijn droom. Maar in mijn wezen ben ik nog altijd journalist. Over vijf jaar presenteer ik weer, en mag ik hopelijk ook stemmen. Nederlanders moeten trots zijn dat ze in een land wonen waar hun stem telt. Ik hoop maar dat mensen stemmen met de vluchtelingen in kamp Moria in hun gedachten. Mensen met eenzelfde hart. Mensen zoals ik.'

Steun vluchtelingen als Noor

Iedere vluchteling zoals Noor heeft een eigen verhaal. Met jouw steun geven we vluchtelingen de begeleiding die ze nodig hebben om hun toekomst in Nederland op te bouwen. Help daarom nu mee met een gift.