Kinderen in de noodopvang: een onleefbare situatie

Magazine, 11 september 2023
Leestijd, 7 min.
Experts zijn het eens: verblijf in noodopvanglocaties is zeer schadelijk voor kinderen. Toch worden in Nederland honderden vluchtelingkinderen – soms al langer dan een jaar – verplaatst tussen evenementenhallen, tenten en andere provisorische opvangplekken. VluchtelingenWerk zet zich op allerlei manieren in voor verbetering. ‘Wat hier gebeurt, is absoluut onacceptabel.’
placeholder

‘Een grote zaal waar heel veel mensen bij elkaar slapen’, zo omschrijft de Syrische Rimas (9) de noodopvanglocaties waar zij samen met haar vader Yahia verbleef. ‘Niet leuk’, vat ze de periode samen, omdat er niets te doen was en ze zo goed als geen contact had met andere kinderen. ‘En altijd hoorde ik baby’s huilen of mensen ruziemaken’, weet ze nog. Haar vader hield constant de wacht. ‘’s Nachts waren veel mensen wakker. Er werd gerookt, alcohol gebruikt. Ik kon Rimas daar natuurlijk geen moment uit het oog verliezen’, zegt hij resoluut.

Altijd hoorde ik baby’s huilen of mensen ruziemaken

Rimas (9) uit Syrië

placeholder
Ter illustratie: een crisisnoodopvang

De ervaring van Rimas en haar vader is eerder regel dan uitzondering. In Nederland verblijven ruim 23.000 mensen in (crisis)- noodopvanglocaties. Grote zalen propvol (stapel)bedden, van elkaar gescheiden door hoogstens een kartonnen wandje of een gordijn. Een plafond of deur ontbreekt meestal. Er zijn zelfs locaties waar niet eens daglicht binnenkomt. Honderden bewoners delen dezelfde openbare toiletten en douches. En hoewel de termen ‘crisis’ en ‘nood’ impliceren dat een verblijf tijdelijk is, zitten sommigen – waaronder kinderen – er al meer dan een jaar.

Alles ontbreekt

‘Kinderen hebben in de basis stabiliteit, een daginvulling en rust nodig’, vertelt Petra de Jong, jeugdarts bij GGD Hollands Midden. ‘Alle drie ontbreken in de noodopvanglocaties.’ Het is de verantwoordelijkheid van Petra en haar collega’s om de gezondheid, groei en ontwikkeling van kinderen in Nederland – en dus ook die in noodopvanglocaties – te volgen en hen, indien nodig, te begeleiden naar de juiste zorg. ‘Maar die opdracht kunnen wij op dit moment niet uitvoeren’, zegt ze erover. ‘Want verblijf in noodopvanglocaties ondermijnt per definitie een gezonde ontwikkeling.’

Hoewel Petra al ruim tien jaar werkzaam is in asielzoekerscentra, schrok ze van de omstandigheden in noodopvanglocaties. ‘Ik weet nog hoe opgelucht ik was toen ik de deur achter mij kon dichttrekken. Weg uit de herrie en de beklemmende drukte’, herinnert ze zich over haar eerste bezoek, nu zo’n jaar geleden. Sindsdien signaleert Petra dagelijks schrijnende situaties. ‘Kinderen gaan op latere leeftijd weer bedplassen, krijgen onvoldoende voeding en drinken binnen of maken geen contact meer met leeftijdsgenootjes. Ook zien we dat kinderen soms veel te lang moeten wachten op zorg en onderwijs’, somt ze enkele voorbeelden op.

placeholder

De signalen komen overeen met de uitkomsten van het onderzoek Noodsituatie op noodlocaties, dat Werkgroep Kind in azc, waar ook VluchtelingenWerk onderdeel van is, liet uitvoeren. Roswitha Weiler, senior beleidsmedewerker van VluchtelingenWerk: ‘De conclusie is duidelijk: de noodopvang is onleefbaar voor kinderen. Hun rechten, zoals dat op onderwijs, zorg en veiligheid, worden met voeten getreden.’ De ondervraagde professionals, waaronder leerkrachten en jeugdartsen, gaven gemiddeld een 3,4 op 10 als het gaat om het waarborgen van de belangen van kinderen in de noodopvang. Roswitha: ‘En de vele verhuizingen – of beter gezegd “het rondpompen” – van kinderen tussen de verschillende noodopvanglocaties maakt het onmogelijk voor betrokken (zorg)professionals en leerkrachten om de kinderen te kunnen bijstaan.’

Een jongen bleek al vijf maanden te wachten op een bril. Hoe is dat mogelijk?

Petra de Jong, jeugdarts bij GGD Hollands Midden

Ook Petra benoemt de vele verplaatsingen als katalysator van alle problemen die er toch al spelen. ‘Vaak zijn kinderen al weg voordat we de juiste zorg kunnen opstarten. Ze verdwijnen regelmatig plotseling zonder dat we weten waarheen. Dan wordt een zorgtraject of lesprogramma abrupt afgebroken, zonder mogelijkheid tot afscheid of overdracht. Zo glippen kinderen door onze vingers. Laatst nog: een jongen die al vijf maanden bleek te wachten op een bril. Hoe is dat mogelijk?’

Hoewel VluchtelingenWerk al jaren pleit voor minder verplaatsingen van vluchtelingen nam dat aantal sinds de opening van noodopvanglocaties juist toe. Roswitha: ‘Mede omdat gymzalen en evenementenhallen na een poosje weer worden leeggeruimd voor andere activiteiten. Daarbij wordt vanwege het opvangtekort gehoor gegeven aan de eisen van gemeenten, die soms geen alleenstaande mannen willen opvangen. Dan worden er gezinnen uit reguliere opvangcentra geplukt om die nieuwe plekken – tijdelijk – op te vullen.’

placeholder

'Ik wilde helemaal niet huilen'

Rimas herinnert zich de keren dat ze moest verhuizen nog goed – vier keer in totaal. ‘Als we dan in de bus stapten, ging ik huilen’, zegt Rimas. ‘Ik weet niet waarom ik dat deed, want ik wil eigenlijk helemaal niet huilen.’ Even is ze stil. Rimas woont inmiddels met haar vader in een regulier azc. Zij was een van de vele kinderen die geen hap door haar keel kreeg in de noodopvang en vermagerde daardoor zelfs sterk. Ook kip, waar ze eigenlijk dol op is, ging er niet in. Een ei of wat rijst – producten waar haar vader om vroeg in de hoop dat Rimas het zou eten – kreeg hij niet.

Alle regie verloren

Het voorbeeld tekent de machteloosheid van ouders. Roswitha: ‘Vluchtelingen worden vaak aangesproken op hun eigen verantwoordelijkheden, maar in noodopvanglocaties wordt hun alle regie over hun leven ontnomen. Een ei voor je dochter, schone lakens omdat een kind in bed heeft geplast: alles moet je vragen. Alles is een gunst.’ VluchtelingenWerk trekt voortdurend aan de bel in de Tweede Kamer. Roswitha: ‘We voeden politici met informatie en verhalen uit de praktijk, bijvoorbeeld vanuit ons kinderproject Time4You en met rapporten, brieven en persoonlijke gesprekken.’ Soms leidt deze belangenbehartiging tot Kamervragen of tot moties.

Zo nam een brede Kamermeerderheid een motie aan die het kabinet oproept om kinderen uit de noodopvang te halen. In september spande VluchtelingenWerk zelfs een rechtszaak aan tegen de Staat om een humane asielopvang af te dwingen. Roswitha: ‘De rechter stelde ons in het gelijk, ook in onze eis om kinderen zo snel mogelijk te verplaatsen naar reguliere azc’s. Dat legt een stevige basis: niet alleen wij als belangenbehartiger vinden dit, maar er ligt óók een rechterlijke uitspraak en een opdracht van een Kamermeerderheid.’

placeholder

Het is dan ook onvoorstelbaar dat er nog steeds kinderen in noodopvanglocaties leven. Roswitha: ‘Er is een vreemd soort berusting neergedaald in het kabinet. “Ik zou het wel anders willen, maar ik kan het niet”, is steevast het antwoord van de verantwoordelijke staatssecretaris op al onze suggesties voor verbetering. Het buiten slapen van asielzoekers in Ter Apel moet koste wat kost voorkomen worden. Daaraan is alles ondergeschikt: de kwaliteit van de opvang, de leerplicht van kinderen, toegang tot zorg.’ Over die gang van zaken is Roswitha duidelijk: ‘Het is schadelijk en absoluut onacceptabel.’

Er is een vreemd soort berusting neergedaald in het kabinet

Roswitha Weiler, senior beleidsmedewerker bij VluchtelingenWerk

Ook Petra probeert nu via andere wegen te zorgen dat vluchtelingkinderen toch de zorg krijgen waar zij recht op hebben. Voor het eerst in haar carrière schreef ze namens haar beroepsorganisatie AJN Jeugdartsen Nederland een brief naar de Tweede Kamer. De oproep: stop acuut met het verplaatsen van kinderen. Een antwoord heeft ze nog niet gehad. ‘Maar nu ik eenmaal ben begonnen, blijf ik doorgaan’, zegt ze beslist. ‘Want iedereen op de werkvloer móét zich uitspreken. Hoe er nu met kinderen wordt omgegaan, is een beschaafd land als Nederland onwaardig.’

Meer informatie

Steun kinderen als Rimas

Duizenden kinderen leven maandenlang in de noodopvang in Nederland. Maar kwetsbare kinderen als Rimas horen hier niet thuis. Laat kinderen in de noodopvang weer lachen en spelen. Help daarom nu mee met een gift.